You are here: Home » Chapter 29 » Verse 32 » Translation
Sura 29
Aya 32
32
قالَ إِنَّ فيها لوطًا ۚ قالوا نَحنُ أَعلَمُ بِمَن فيها ۖ لَنُنَجِّيَنَّهُ وَأَهلَهُ إِلَّا امرَأَتَهُ كانَت مِنَ الغابِرينَ

Sofjan Siregar

Hij zei: "Lôeth is daar." Zij miden: "Wij weten beter wie daar zijn. Voorwaar, wij zullen hem en zijn familie redden, behalve zijn vrouw. Zij zal tot de achterblijvers behoren."