Hij zal de huichelachtige mannen en de huichelachtige vrouwen straffen, en de afgodendienaars en de afgodendienaressen, die eene slechte meening van God hebben. Zij zullen den tegenspoed ondervinden, en God zal toornig omtrent hen zijn en hen vloeken; hij heeft de hel voor hen gereed gemaakt, dat zal een ellendig verblijf wezen.