die de gezant, de ongeletterde profeet volgen, die zij bij zich in de Taura en de Indjiel beschreven vinden. Hij gebiedt hun het behoorlijke en verbiedt hun het verwerpelijke en hij staat hun de goede dingen toe en verbiedt hun de onbetamelijke dingen. Hij neemt hun de last en de boeien af die op hen rustten. Zij nu die in hem geloven, hem bijstaan, hem helpen en het licht volgen dat met hem is neergezonden, zij zijn het die het welgaat."