141وَإِذ أَنجَيناكُم مِن آلِ فِرعَونَ يَسومونَكُم سوءَ العَذابِ ۖ يُقَتِّلونَ أَبناءَكُم وَيَستَحيونَ نِساءَكُم ۚ وَفي ذٰلِكُم بَلاءٌ مِن رَبِّكُم عَظيمٌSalomon KeyzerEn gedenk dat wij u van het volk van Pharao verlosten, die u jammerlijk verdrukte; zij doodden uwe mannelijke kinderen en lieten uwe vrouwelijke leven; daarin lag eene zware beproeving van uwen Heer.