O profeet, wanneer de gelovige vrouwen tot jou komen om jou trouw te zweren met de verplichting niets als metgezel aan God toe te voegen, niet te stelen, geen overspel te plegen, hun kinderen niet te doden, niet met lasterlijke slechtheid aan te komen die zij eigenhandig bij de geboorte verzinnen en jou in het redelijke niet ongehoorzaam te zijn, neem haar eed van trouw dan aan en vraag God voor haar om vergeving; God is vergevend en barmhartig.