8وَإِذا حَضَرَ القِسمَةَ أُولُو القُربىٰ وَاليَتامىٰ وَالمَساكينُ فَارزُقوهُم مِنهُ وَقولوا لَهُم قَولًا مَعروفًاSalomon KeyzerIndien de verwanten, weezen en armen tegenwoordig zijn bij de deeling, verdeel dan een gedeelte onder hen, en spreek hen ten minste vriendelijk aan, indien er weinig aanwezig is.