33جَنّاتُ عَدنٍ يَدخُلونَها يُحَلَّونَ فيها مِن أَساوِرَ مِن ذَهَبٍ وَلُؤلُؤًا ۖ وَلِباسُهُم فيها حَريرٌSofjan SiregarDe Tuinen van 'Adn (het Paradijs) zullen zij binnengaan, waarin zij gesierd zullen worden met gouden armbanden en parels, en hun gewaden zijn daar van zijde.