Dit is, omdat zij gierig omtrent u zijn; maar als de vrees hen bereikt, ziet gij hen naar u opzien om hulp; hunne oogen rollen dan als de oogen van hem die op sterven ligt. Doch als hunne vrees voorbij is, varen zij met scherpe tongen tegen u uit, terwijl zij vol begeerte zijn omtrent het beste en meest waardige gedeelte van den buit. Dezen gelooven niet oprechtelijk; daarom heeft God hunne werken krachteloos gemaakt, en dit is God gemakkelijk.