Onder hen die de schrift hebben ontvangen zijn er, die gij een talent kunt toevertrouwen; zij zullen u dit teruggeven; maar er zijn ook anderen, die u een, hun geleenden dinar, niet zullen teruggeven, indien gij hen niet aanhoudend dit herinnert. Dit geschiedt omdat zij zeggen: Wij hebben geen verplichting omtrent de onwetenden. Maar zij liegen omtrent God, tegen beter weten aan,