You are here: Home » Chapter 29 » Verse 33 » Translation
Sura 29
Aya 33
33
وَلَمّا أَن جاءَت رُسُلُنا لوطًا سيءَ بِهِم وَضاقَ بِهِم ذَرعًا وَقالوا لا تَخَف وَلا تَحزَن ۖ إِنّا مُنَجّوكَ وَأَهلَكَ إِلَّا امرَأَتَكَ كانَت مِنَ الغابِرينَ

Sofjan Siregar

En toen Onze gezanten naar Lôeth kwamen, was hij bedroefd vanwege hen, en hij had geen macht om hen te beschermen. Maar zij zeiden: "Wees niet bang en treur niet: voorwaar, wij redden zeker jou en jouw familie, behalve jouw vrouw. Zij zal tot de achterblijvers behoren.