37فَتَلَقّىٰ آدَمُ مِن رَبِّهِ كَلِماتٍ فَتابَ عَلَيهِ ۚ إِنَّهُ هُوَ التَّوّابُ الرَّحيمُFred LeemhuisToen nam Adam van zijn Heer woorden in ontvangst en Hij wendde zich genadig tot hem; Hij is de genadegever, de barmhartige.