10إِذ أَوَى الفِتيَةُ إِلَى الكَهفِ فَقالوا رَبَّنا آتِنا مِن لَدُنكَ رَحمَةً وَهَيِّئ لَنا مِن أَمرِنا رَشَدًاFred LeemhuisToen de jonge mannen in de grot een onderkomen zochten en zeiden: "Onze Heer, geef ons van Uw kant barmhartigheid en bereid ons uit onze toestand een goede uitweg."