En God heeft u verschaft van hetgeen hij geschapen heeft, en gemakken om u tegen de zon te beveiligen, en hij heeft u schuilplaatsen in de bergen verstrekt en kleederen gegeven, om u voor de hitte te beschutten, en maliënkolders, om u in uwe oorlogen te beschermen. Zoo vervult hij zijne gunst nopens u, opdat gij u aan zijn wil zoudt onderwerpen.