Zij zeiden: "O Loet, wij zijn gezanten van jouw Heer. Zij zullen je niet kunnen bereiken. Vertrek met je familie in een deel van de nacht en niemand van jullie mag zich omdraaien. Uitgezonderd jouw vrouw, haar zal treffen wat hen treft. De morgen is het tijdstip dat voor hen aangewezen is. Is de morgen niet dichtbij?"